Meat and greet (v.
Meat and greet (v. links) Matt Vicedomini; The Whole Shebang bij Matt’s BBQ; de bar in 10 Barrel deur naar Langbaan, zijn high-end proeverij, om te kijken hoe zijn personeel het diner voorbereidt. Hip-hop schreeuwt uit de speakers wanneer jonge chefs de meestal serene ruimte, afgewerkt met rustiek hout en repen beton, veranderen in een symfonie van snijden, hakken en beuken. Een tafel boeken bij Langbaan is nog steeds een van de moeilijkste dingen in Portland. „Men weet hier veel over eten en over de situatie in andere landen,” vertelt Ninsom. „We kunnen hen een grotere variëteit bieden. We hebben een keer een diner gemaakt gebaseerd op een gedicht dat een koning had geschreven. We laten de klanten graag zien wat we doen, waarom en waar het vandaan komt - dat we niet zomaar wat in de pannen gooien omdat we dat kunnen.” Na het succes van Langbaan koos Ninsom een ander pad en opende een supercasual buffetrestaurant genaamd Hat Yai. Specialiteiten zijn onder andere knapperige gebakken kip geserveerd met weelderige Maleisische curry en roti, uit het zuiden van Thailand. Het restaurant bleek zo populair dat hij een tweede locatie heeft geopend. En nu? In 2019 opende Ninsom samen met Matt Vicedomini van Matt’s BBQ , een van de beste foodcarts van de stad, en Eric Nelson, een van de bekendste bartenders van de stad, Eem. Het is een Texas-Thai-Tiki mix waarvoor mensen urenlang in de rij staan. En zo succesvol dat ze al werken aan een tweede locatie. „Restaurants zijn geweldig om samen te werken,” zegt Vicedomini als ik hem bezoek in zijn Texas-style barbecue cart op North Mississippi Avenue. De laid-backdertiger opende Matt’s BBQ in 2015 met weinig middelen. Sinds die tijd is zijn ‚Whole Shebang’ gerecht met boterzachte, malse ribben, smoky pulled pork en sappige, hete worstjes een van de meest populaire gerechten in de stad, waarvoor mensen tegen lunchtijd in lange rijen staan. Hij levert ook het gerookte vlees dat Ninsom met Thaise smaken combineert bij Eem. „Wil hij geen eigen restaurant?” vraag ik. „Nee,” zegt hij. „Dit is goed. Dit is een geweldige ervaring voor 30 / Jaguar Magazine
Reizen „Ooit kookten we volgens een gedicht van een koning’’ Akkapong ‚Earl’ Ninsom toeristen en inwoners. Je kunt er een biertje drinken, het is kindvriendelijk en iedereen kan eten wat ze willen.” Volwassen Ik stuur de I-PACE naar het hart van Portland, om mijn trip te eindigen op de plaats waar de snelle klim van de stad eigenlijk is begonnen. Le Pigeon opende in 2006 op een onopvallend stukje van Burnside Avenue. Met een jonge, onbekend chef, Gabriel Rucker, aan het roer en weinig voetgangers, konden niet veel mensen voorspellen dat deze plek het beroemdste restaurant van de stad zou worden. Een jaar later was Rucker een van de beste nieuwe chefs in Food & Wine Magazine, gevolgd door nominaties voor de James Beard Rising Star Chef of the Year award. He won de prestigieuze titel in 2011 en in 2013 won hij de Best Chef: Northwest award. We ontmoeten Rucker in Le Pigeon enkele uren voor service. Hij is een bekwame multi-tasker, legt een rib-eye steak op de grill terwijl we praten, die wordt geserveerd met een rijke vette chorizo-jus, gemalen kersen en maïsbrood-fritters. „Mijn eten is verfijnder geworden,” zegt hij over zijn invloed sinds hij in Portland is. „Er is nu zeker meer concurrentie, gasten kunnen kiezen uit meer plaatsen van een hoger kaliber.” Hij maakt zich geen zorgen dat een druk speelveld het risicogedrag in Portland zal verstikken. „Het betekent gewoon dat we onszelf harder moeten pushen”, zegt hij. „Bij Le Pigeon blijven we trouw aan onze roots, en creëren we speelse, grensverleggende gerechten, maar qua techniek, presentatie en uitvoering zijn we nu volwassen – net als de stad Portland zelf.” J Jaguar Magazine / 31